Vertaling van bemachtigen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
bemachtigen, grijpen, aangrijpen, vastgrijpen {ww.}
apoderarse de
coger
agarrar
asir
coger
agarrar
asir
wij bemachtigen
jullie bemachtigen
zij bemachtigen
nosotros cogemos
vosotros cogéis
ellos/ellas cogen
» meer vervoegingen van coger