Vertaling van beploegen

Inhoud:

Nederlands
Spaans
ploegen, beploegen, omploegen {ww.}
arar

wij beploegen
jullie beploegen
zij beploegen

nosotros aramos
vosotros aráis
ellos/ellas aran
» meer vervoegingen van arar



Gerelateerd aan beploegen

ploegen - omploegen