Vertaling van bes
Inhoud:
Nederlands
Spaans
bes , bezie {zn.}
baya
grootmoeder , oma , bestemoer, best, bes, bestje {zn.}
abuela
Zijn grootmoeder ziet er gezond uit.
Su abuela luce saludable.
Ik ga bij mijn oma.
Voy a la casa de mi abuela.