Vertaling van bewegen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
bewegen, verroeren {ww.}
mover
wij bewegen
jullie bewegen
zij bewegen
nosotros movemos
vosotros movéis
ellos/ellas mueven
» meer vervoegingen van mover
bewegen, zich bewegen, zich verroeren {ww.}
moverse
Voelde je de aarde bewegen?
¿Sentiste a la tierra moverse?
Mario is zo ziek dat hij zich nauwelijks nog kan bewegen.
Mario está tan enfermo que apenas puede moverse.
aangrijpen, bewegen, ontroeren {ww.}
conmover
wij bewegen
jullie bewegen
zij bewegen
nosotros conmovemos
vosotros conmovéis
ellos/ellas conmueven
» meer vervoegingen van conmover
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Voelde je de aarde bewegen?
¿Sentiste a la tierra moverse?
Mario is zo ziek dat hij zich nauwelijks nog kan bewegen.
Mario está tan enfermo que apenas puede moverse.