Vertaling van blijven

Inhoud:

Nederlands
Spaans
blijven, overblijven, resten, resteren, toeven, verblijven {ww.}
quedarse
permanecer

wij blijven
jullie blijven
zij blijven

nosotros permanecemos
vosotros permanecéis
ellos/ellas permanecen
» meer vervoegingen van permanecer

Thuis blijven is saai.
Es aburrido quedarse en casa.
Het is saai om thuis te blijven.
Quedarse en casa es aburrido.
aanhouden, blijven {ww.}
seguir siendo
continuar siendo
We willen blijven wat we zijn.
Queremos seguir siendo lo que somos.
houden, blijven {ww.}
seguir siendo
continuar siendo
aanhouden, behouden, bewaren, handhaven, blijven {ww.}
seguir siendo
continuar siendo


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Zult ge thuis blijven?

¿Te quedarás en casa?

Thuis blijven is saai.

Es aburrido quedarse en casa.

Je moet blijven trainen.

Debes seguir entrenando.

Ik zou liever thuis blijven.

Preferiría quedarme en casa.

Ik zou liever thuis blijven.

Preferiría quedarme en casa.

We hadden thuis moeten blijven.

Deberíamos habernos quedado en casa.

Thuis blijven is niet leuk.

Quedarse en casa no es divertido.

Het is saai om thuis te blijven.

Quedarse en casa es aburrido.

We willen blijven wat we zijn.

Queremos seguir siendo lo que somos.

Je moet hier blijven totdat we terugkomen.

Tú te debes quedar aquí hasta que nosotros volvamos.

Het regent, dus je moet thuis blijven.

Está lloviendo, así que deberías quedarte en casa.

Het leven is als fietsen. Om in balans te blijven moet je in beweging blijven.

La vida es como montar en bicicleta: para mantenerte en equilibrio tienes que seguir moviéndote.

Levend of dood, ik zal altijd van je blijven houden.

Vivo o muerto, siempre te amaré.

Ik ben het gewend 's avonds laat op te blijven.

Estoy acostumbrado a quedarme levantado hasta tarde en la noche.

Hoe lang moet ik nog in het ziekenhuis blijven?

¿Por cuánto tiempo más me debo quedar en el hospital?


Gerelateerd aan blijven

overblijven - resten - resteren - toeven - verblijven - aanhouden - houden - behouden - bewaren - handhavenaanhouden - houden