Vertaling van cadeau

Inhoud:

Nederlands
Spaans
cadeau [o], gave [v], gift [v], geschenk [o] {zn.}
regalo [m] (el ~)
Bedankt voor je cadeau.
Gracias por el regalo.
Dank je voor het cadeau.
Gracias por el regalo.
cadeau [o], donatie [v], schenking [v], geschenk [o], gift [v] {zn.}
regalo [m] (el ~)
obsequio [m] (el ~)
presente [m] (el ~)
Bedankt voor je cadeau.
Gracias por el obsequio.
Hij stuurde me een geschenk.
Me mandó un regalo.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Bedankt voor je cadeau.

Gracias por el obsequio.

Bedankt voor je cadeau.

Gracias por el regalo.

Hij gaf me een cadeau.

Él me dio un regalo.

Dank je voor het cadeau.

Gracias por el regalo.

Tom bracht een cadeau voor Mary.

Tom le trajo un regalo a Mary.

Dit is een cadeau voor jou.

Es un regalo para ti.

Het is erg aardig van je om me zo'n mooi cadeau te sturen.

Es muy lindo de tu parte que me mandes un obsequio tan lindo.

Ik was bijna tien toen mijn ouders mij een wetenschapsset cadeau deden voor Kerstmis.

Yo tenía cerca de diez años cuando mis padres me regalaron un equipo de química para Navidad.

Ik weet niet zeker aan wie ik dit cadeau moet geven: aan het meisje of aan de jongen?

No estoy seguro de a quién le debería dar este regalo: ¿a la niña o al niño?


Gerelateerd aan cadeau

gave - gift - geschenk - donatie - schenking