Vertaling van doorstaan
Inhoud:
Nederlands
Spaans
doorstaan, dulden, harden, uithouden, uitstaan, verdragen {ww.}
aguantar hasta el fin
doorstaan, lijden, ondergaan, uitstaan, velen, verdragen {ww.}
sufrir
padecer
padecer
wij doorstaan
jullie doorstaan
zij doorstaan
nosotros sufrimos
vosotros sufrís
ellos/ellas sufren
» meer vervoegingen van sufrir
De mens is voorbestemd tot lijden.
Es el destino del hombre sufrir.
Het is het lot van de mens om te lijden.
Es el destino del hombre sufrir.