Vertaling van een moment
Inhoud:
Nederlands
Spaans
moment, ogenblik, oogwenk, tel , tijdstip, wijl, wip {zn.}
momento
instante
momentito
instante
momentito
Mag ik je een moment storen?
¿Puedo molestarle un momento?
Heb je het druk op het moment?
¿Estás ocupado en este momento?
moment {zn.}
momento
Een aardbeving kan elk moment gebeuren.
Un terremoto puede ocurrir en cualquier momento.
Op dat moment was ik nog wakker.
En aquel momento, yo seguía despierto.
een moment, even, eventjes {bw.}
un momento