Vertaling van flikker

Inhoud:

Nederlands
Spaans
homo, homofiel, homosexueel, flikker, poot {zn.}
homosexual
homo [m] (el ~)
marica [m] (el ~)
maricón [m] (el ~)
bliksemen, flikkeren, flitsen {ww.}
relampaguear
flikkeren, flonkeren, lichten, twinkelen {ww.}
centellear
rielar
flakkeren, flikkeren, schitteren, vonken schieten, wapperen {ww.}
deflagrar
flamear

ik flikker

yo flameo
» meer vervoegingen van flamear