Vertaling van garanderen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
beweren, verzekeren, garanderen {ww.}
aseverar
afirmar
sostener
aducir
afirmar
sostener
aducir
wij garanderen
jullie garanderen
zij garanderen
nosotros aseveramos
vosotros aseveráis
ellos/ellas aseveran
» meer vervoegingen van aseverar
borg staan voor, garanderen, sponsoren, waarborgen {ww.}
afianzar
wij garanderen
jullie garanderen
zij garanderen
nosotros afianzamos
vosotros afianzáis
ellos/ellas afianzan
» meer vervoegingen van afianzar