Vertaling van heersen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
besturen, de scepter zwaaien, heersen, regeren, aansturen {ww.}
subyugar
regir
gobernar
regir
gobernar
wij heersen
jullie heersen
zij heersen
nosotros subyugamos
vosotros subyugáis
ellos/ellas subyugan
» meer vervoegingen van subyugar