Vertaling van helder
Inhoud:
Nederlands
Spaans
helder, onbezorgd, sereen {bn.}
sereno
helder, louter, schoon, proper, puur, rein, zindelijk, zuiver {bn.}
limpio
puro
puro
acuut, helder, scherp {bn.}
agudo
duidelijk, helder, klaar, uitgesproken, zuiver {bn.}
claro
límpido
distinto
comprensible
límpido
distinto
comprensible
hel, helder, klaar, licht {bn.}
claro
luminoso
luminoso
verduidelijken, verhelderen, ophelderen {ww.}
clarificar
explicar
aclarar
explicar
aclarar
ik helder op
yo clarifico
» meer vervoegingen van clarificar
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
De lucht zal snel helder worden.
El cielo pronto se iluminará.
Ik heb mijn oranje sjaal en witte schort zeer helder gemaakt, zodat het mensen gelijk zou opvallen.
Hice mi bufanda naranja y bata blanca muy brillante para que todos los vieran de lejos.