Vertaling van in het voorbijgaan

Inhoud:

Nederlands
Spaans
in het voorbijgaan, terloops, vluchtig {bw.}
de pasada
de paso
langsgaan, passeren, voorbijgaan, voorbijlopen {ww.}
pasar de largo
sobrepasar

ik zal voorbijgaan
jij zult voorbijgaan
hij/zij/het zal voorbijgaan

yo sobrepasaré
sobrepasarás
él/ella sobrepasará
» meer vervoegingen van sobrepasar



Gerelateerd aan in het voorbijgaan

terloops - vluchtig - langsgaan - passeren - voorbijgaan - voorbijlopen