Vertaling van kant
Inhoud:
Nederlands
Spaans
kant {zn.}
puntilla
encaje
encaje
kant , marge, rand {zn.}
margen
boord , kant , kust , oever , wal , waterkant {zn.}
orilla
band , boord , kant , rand, zoom {zn.}
orilla
linde
borde
linde
borde
flank , zij , kant , zijde , zijkant {zn.}
lado
costado
costado
Een kant van een munt wordt 'kop' genoemd, en de andere zijde wordt 'munt' genoemd.
A un lado de la moneda se le llama "cara" y al otro "sello".
Hij legde het boek aan de kant.
Él puso el libro a un lado.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Ik sta aan jouw kant.
Soy tu aliado.
Hij legde het boek aan de kant.
Él puso el libro a un lado.
Welke kant is het strand op?
¿Para adónde queda la playa?
Tatoeba: Kom bij de duistere kant. Wij hebben chocoladekoekjes.
Tatoeba: únete al lado oscuro. Tenemos galletas de chocolate.
Onze school is aan de andere kant van de rivier.
Nuestra escuela está por el otro lado del río.
Het gras aan de andere kant van de heuvel is altijd groener.
La hierba al otro lado de la colina está siempre más verde.
Mijn zus is mager en ik ben aan de dikke kant.
Mi hermana es delgada, pero yo soy gordita.
Een kant van een munt wordt 'kop' genoemd, en de andere zijde wordt 'munt' genoemd.
A un lado de la moneda se le llama "cara" y al otro "sello".