Vertaling van klaarmaken
Inhoud:
Nederlands
Spaans
bereiden, klaarmaken, toebereiden, verzetten, voltooien {ww.}
disponer
preparar
preparar
ik zal klaarmaken
jij zult klaarmaken
hij/zij/het zal klaarmaken
yo dispondré
tú dispondrás
él/ella dispondrá
» meer vervoegingen van disponer