Vertaling van klas

Inhoud:

Nederlands
Spaans
klas {zn.}
año
grado
klasse [v], klas, stand {zn.}
clase [v] (la ~)
Ik ben de langste van de klas.
Soy la más alta de la clase.
Er zitten veertig leerlingen in onze klas.
Hay cuarenta estudiantes en nuestra clase.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Ze stond voor de klas.

Ella era una profesora.

Ik ben de langste van de klas.

Soy la más alta de la clase.

Er zitten veertig leerlingen in onze klas.

Hay cuarenta estudiantes en nuestra clase.

Hoeveel jongens zijn er in jullie klas?

¿Cuántos chicos hay en tu clase?

Onze klas bestaat uit 40 jongens.

Nuestro curso consiste de 40 chicos.

Hoeveel jongens zijn er in deze klas?

¿Cuántos chicos hay en esta clase?

Elena is het grootste meisje van de klas.

Elena es la chica más alta de la clase.

Geen meisje in mijn klas is mooier dan Linda.

Ninguna niña en mi curso es más linda que Linda.

Geen meisje in mijn klas is mooier dan Linda.

Ninguna niña en mi curso es más linda que Linda.


Gerelateerd aan klas

klasse - stand