Vertaling van klemmen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
klemmen, nijpen, knijpen, tokkelen {ww.}
pinzar
coger con pinzas
pellizcar
coger con pinzas
pellizcar
wij klemmen
jullie klemmen
zij klemmen
nosotros pellizcamos
vosotros pellizcáis
ellos/ellas pellizcan
» meer vervoegingen van pellizcar
klemmen, elkaar aantrekken {ww.}
adherirse
klem (mv. klemmen), tetanus {zn.}
tétanos
klem (mv. klemmen), nadruk {zn.}
énfasis
klem (mv. klemmen) {zn.}
borne