Vertaling van kruis

Inhoud:

Nederlands
Spaans
kruis [o] {zn.}
cruz [v] (la ~)
Ze schonken geld aan het Rode Kruis.
Ellos donaron dinero a la Cruz Roja.
Zij deed veel vrijwilligerswerk voor het Rode Kruis.
Ella hizo mucho trabajo voluntario por la Cruz Roja.
kruis [o], lende {zn.}
lomo [m] (el ~)
kruis [o], vork [v] {zn.}
horquilla [v] (la ~)
horca [v] (la ~)
hekje [o], kruis [o] {zn.}
sostenido
diesi
kruisen, kruisigen {ww.}
crucificar

ik kruis

yo crucifico
» meer vervoegingen van crucificar

kruisen,  {ww.}
cruzar

ik kruis

yo cruzo
» meer vervoegingen van cruzar



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Ze schonken geld aan het Rode Kruis.

Ellos donaron dinero a la Cruz Roja.

Zij deed veel vrijwilligerswerk voor het Rode Kruis.

Ella hizo mucho trabajo voluntario por la Cruz Roja.


Gerelateerd aan kruis

lende - vork - hekje - kruisen - kruisigen -