Vertaling van kus
Inhoud:
Nederlands
Spaans
kus, zoen {zn.}
beso
Ik kus met open ogen.
Beso con los ojos abiertos.
Ze gaf me plotseling een kus.
Ella me dio un beso de repente.
kussen, zoenen {ww.}
besar
ik kus
yo beso
» meer vervoegingen van besar
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Ik kus met open ogen.
Beso con los ojos abiertos.
Tom gaf Mary een tedere kus.
Tom le dio un beso tierno a Mary.
Ze gaf me plotseling een kus.
Ella me dio un beso de repente.
Hij gaf haar haar eerste kus.
Él le dio su primer beso.