Vertaling van kwijt

Inhoud:

Nederlands
Spaans
kwijt, verloren, vervlogen {bn.}
perdido


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Ik ben mijn paspoort kwijt!

¡Perdí mi pasaporte!

Ik ben mijn paspoort kwijt!

¡Perdí mi pasaporte!

Ik ben de sleutel kwijt.

Perdí la llave.

Wat kan ik kwijt raken?

¿De qué me puedo deshacer?

Ik ben mijn horloge kwijt.

He perdido mi reloj.

Ik ben mijn inspiratie kwijt.

Perdí mi inspiración.

Hij is alweer zijn paraplu kwijt.

Él volvió a perder su paraguas.

Het is jouw schuld dat ik mijn eetlust kwijt ben.

Gracias a ti he perdido mi apetito.

Hij raakte zijn weg kwijt in de sneeuw.

Él se perdió en medio de la nieve.

Ik ben de weg kwijt

¡Estoy perdido/a!


Gerelateerd aan kwijt

verloren - vervlogen