Vertaling van lawaai
Inhoud:
Nederlands
Spaans
herrie , lawaai, leven, ophef, rumoer, kabaal {zn.}
ruido
Maak geen lawaai.
No hagáis ruido.
Hij klaagde over de herrie.
Él se quejó del ruido.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Maak geen lawaai.
No hagáis ruido.
Ik hoor niks door het lawaai.
No puedo oír nada a causa del ruido.
Het lawaai wordt steeds harder en harder.
El ruido se hace más y más fuerte.
We kunnen niet slapen vanwege het lawaai.
No podemos dormir por el ruido.
Ik kan niet slapen met al dit lawaai.
No puedo dormir con este alboroto.