Vertaling van lekker
Voorbeelden in zinsverband
Vind je appels lekker?
¿Te gustan las manzanas?
Het is lekker!
¡Está delicioso!
Slaap lekker, Timmy.
Que duermas bien, Timmy.
Lekker weertje hè?
¡Buen clima! ¿verdad?
Ik voel me niet lekker.
No me siento bien.
Deze wijn is erg lekker.
Este vino es sumamente exquisito.
Ze is een lekker meisje.
Es una chica guapa de ver.
Welterusten en slaap lekker!
¡Buenas noche, que tengas dulces sueños!
Als je bier lekker vindt, dan vind je wijn misschien ook lekker.
Si te gusta la cerveza, puede que te guste el vino.
Ik weet zeker dat je deze lunch lekker zult vinden.
Estoy seguro de que les gustará el almuerzo.
Ik vind het niet lekker
No me gusta
Het is heel erg lekker!
¡Es delicioso!
Ze maakt kip klaar op de manier die ik lekker vind.
Ella cocina el pollo como a mí me gusta.