Vertaling van lenzen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
ledigen, legen, lenzen, lichten, ruimen, uithalen {ww.}
vaciar
wij lenzen
jullie lenzen
zij lenzen
nosotros vaciamos
vosotros vaciáis
ellos/ellas vacían
» meer vervoegingen van vaciar
lens (mv. lenzen) {zn.}
lente
hol, ledig, leeg, lens (mv. lenzen), loos {bn.}
vacío