Vertaling van meten

Inhoud:

Nederlands
Spaans
meten, afmeten, opmeten, opnemen, roeien, uitmeten {ww.}
tomar la medida
medir

wij meten
jullie meten
zij meten

nosotros medimos
vosotros medís
ellos/ellas miden
» meer vervoegingen van medir

berekenen, meten {ww.}
computar

wij meten
jullie meten
zij meten

nosotros computamos
vosotros computáis
ellos/ellas computan
» meer vervoegingen van computar



Gerelateerd aan meten

afmeten - opmeten - opnemen - roeien - uitmeten - berekenen