Vertaling van nogal
Inhoud:
Nederlands
Spaans
nogal, tamelijk, tussenin {bw.}
bastante
een beetje, een weinig, enigszins, nogal, tamelijk, wat {bw.}
algo
un poco
un poco
basta, genoeg, nogal, tamelijk, vrij, voldoende {bw.}
bastante
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Dat is nogal onverwacht.
Eso es más bien inesperado.
Het is nogal ironisch.
Es bastante irónico.