Vertaling van overdoen

Inhoud:

Nederlands
Spaans
overdoen, tappen, verhandelen, verkopen, vervreemden, wegdoen {ww.}
vender

ik zal overdoen
jij zult overdoen
hij/zij/het zal overdoen

yo venderé
venderás
él/ella venderá
» meer vervoegingen van vender

Ik ga mijn huis verkopen.
Voy a vender mi casa.
Aan wie ging je het verkopen?
¿A quién se lo ibas a vender?


Gerelateerd aan overdoen

tappen - verhandelen - verkopen - vervreemden - wegdoen