Vertaling van passend
Inhoud:
Nederlands
Spaans
betamelijk, gepast, geschikt, passend, toepasselijk {bn.}
conveniente
doelmatig, gemakkelijk, geschikt, gepast, passend {bn.}
oportuno
cómodo
cómodo
behoorlijk, fatsoenlijk, naar behoren, netjes, passend {bw.}
como es debido
adequaat, overeenstemmend, passend, bijpassend {bn.}
conforme
acorde
acorde