Vertaling van sloot

Inhoud:

Nederlands
Spaans
gracht, greppel, groef, groeve, kuil, sloot {zn.}
zanja [v] (la ~)
op slot doen, sluiten, afsluiten {ww.}
cerrar con llave
candar
cerrar

ik sloot
jij sloot
hij/zij/het sloot

yo candé
candaste
él/ella candó
» meer vervoegingen van candar

dichtdoen, dichtmaken, sluiten, toedoen {ww.}
cerrar

ik sloot
jij sloot
hij/zij/het sloot

yo cerré
cerraste
él/ella cerró
» meer vervoegingen van cerrar



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Hij sloot de ogen.

Él cerró los ojos.

Hij sloot de deur.

Cerró la puerta.

Mijnheer Hobson sloot de winkel en ging naar huis.

El Sr. Hobson cerró la tienda y se fue a casa.


Gerelateerd aan sloot

gracht - greppel - groef - groeve - kuil - op slot doen - sluiten - afsluiten - dichtdoen - dichtmaken - toedoen