Vertaling van spel

Inhoud:

Nederlands
Spaans
spel {zn.}
juego [m] (el ~)
Het spel werd spannend.
El juego se puso emocionante
Ik hou van dit spel.
Adoro este juego.
spellen {ww.}
deletrear

ik spel

yo deletreo
» meer vervoegingen van deletrear

spellen {ww.}
silabear

ik spel

yo silabeo
» meer vervoegingen van silabear



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Laat het spel beginnen!

Ahora vamos a comenzar el juego.

Wanneer begint het spel?

¿A qué hora empezará el juego?

Het spel werd spannend.

El juego se puso emocionante

Ik hou van dit spel.

Adoro este juego.

Hij speelt een gevaarlijk spel.

Él está jugando a un juego peligroso.

Welk spel zullen we nu spelen?

¿Qué jugaremos a continuación?

Ik weet dat dit allemaal maar een spel is.

Sé que todo esto es un juego.

Hij staat erop nog een spel te spelen.

Él insiste en jugar otro juego.

Hoe spel je jouw achternaam?

¿Cómo se escribe tu apellido?


Gerelateerd aan spel

spellen