Vertaling van spoel

Inhoud:

Nederlands
Spaans
spoel {zn.}
huso [m] (el ~)
klos, spoel {zn.}
carrete [m] (el ~)
bobina [v] (la ~)
schuitje [o], spoel, inslagspoel, weversspoel {zn.}
lanzadera [v] (la ~)
spil [v], spoel {zn.}
huso [m] (el ~)
espiga [v] (la ~)
gorgelen, spoelen, afspoelen {ww.}
gargarizar

ik spoel

yo gargarizo
» meer vervoegingen van gargarizar



Gerelateerd aan spoel

klos - schuitje - inslagspoel - weversspoel - spil - gorgelen - spoelen - afspoelen