Vertaling van starten
Inhoud:
Nederlands
Spaans
starten {ww.}
arrancar
wij starten
jullie starten
zij starten
nosotros arrancamos
vosotros arrancáis
ellos/ellas arrancan
» meer vervoegingen van arrancar
starten, vertrekken {ww.}
salir
arrancar
partir
arrancar
partir
wij starten
jullie starten
zij starten
nosotros salimos
vosotros salís
ellos/ellas salen
» meer vervoegingen van salir
Wanneer ben je klaar om te vertrekken?
¿Cuándo estarás listo para salir?
Neem mij niet kwalijk, ik moet vertrekken.
Permiso por favor, tengo que salir.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Hoe kan ik de motor starten?
¿Cómo puedo encender el motor?
Je zou jouw eigen bedrijf kunnen starten.
Podrías fundar tu propia compañía.