Vertaling van sturen

Inhoud:

Nederlands
Spaans
besturen, dirigeren, mennen, richten, sturen {ww.}
dirigir

wij sturen
jullie sturen
zij sturen

nosotros dirigimos
vosotros dirigís
ellos/ellas dirigen
» meer vervoegingen van dirigir

doen toekomen, sturen, opsturen, zenden, opzenden, verzenden {ww.}
enviar
expedir
despachar

wij sturen
jullie sturen
zij sturen

nosotros enviamos
vosotros enviáis
ellos/ellas envían
» meer vervoegingen van enviar

Kun je dat per e-mail sturen?
¿Puedes enviar eso por e-mail?
We zouden Jordan naar het ziekenhuis moeten sturen.
Deberíamos enviar a Jordan al hospital.
besturen, sturen {ww.}
conducir

wij sturen
jullie sturen
zij sturen

nosotros conducimos
vosotros conducís
ellos/ellas conducen
» meer vervoegingen van conducir

Heeft uw oom u zijn auto laten besturen?
¿Te dejó tu tío conducir el coche?


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Kun je dat per e-mail sturen?

¿Puedes enviar eso por e-mail?

We zouden Jordan naar het ziekenhuis moeten sturen.

Deberíamos enviar a Jordan al hospital.

Ik heb hem gevraagd ons het boek op te sturen.

Le pedí que nos enviara el libro.

Het is erg aardig van je om me zo'n mooi cadeau te sturen.

Es muy lindo de tu parte que me mandes un obsequio tan lindo.

Als ik je een spekje kon sturen, Trang, zou ik het doen.

Si pudiera enviarte un malvavisco, Trang, lo haría.


Gerelateerd aan sturen

besturen - dirigeren - mennen - richten - doen toekomen - opsturen - zenden - opzenden - verzenden