Vertaling van tap
Inhoud:
Nederlands
Spaans
pin, tap {zn.}
clavija
espárrago
espiga
espárrago
espiga
kraan , tap , tapkraan {zn.}
espita
grifo
grifo
draaipen , luns, spil , tap {zn.}
espigón
pivote
pivote
loslaten, lossen, tappen, uitlaten, vieren, weglaten {ww.}
dejar salir
overdoen, tappen, verhandelen, verkopen, vervreemden, wegdoen {ww.}
vender
ik tap
yo vendo
» meer vervoegingen van vender
Ik ga mijn huis verkopen.
Voy a vender mi casa.
Aan wie ging je het verkopen?
¿A quién se lo ibas a vender?
ontlokken, tappen, trekken, te voorschijn trekken, uithalen {ww.}
arrancar
ik tap
yo arranco
» meer vervoegingen van arrancar