Vertaling van tegenwerpen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
in tegenspraak zijn met, tegenspreken, tegenwerpen {ww.}
contradecir
ik zal tegenwerpen
jij zult tegenwerpen
hij/zij/het zal tegenwerpen
yo contradiré
tú contradirás
él/ella contradirá
» meer vervoegingen van contradecir