Vertaling van trek

Inhoud:

Nederlands
Spaans
eetlust [m], hongerigheid [v], graagte, trek {zn.}
apetito [m] (el ~)
Vandaag heb ik een goede eetlust.
Hoy tengo buen apetito.
Het is jouw schuld dat ik mijn eetlust kwijt ben.
Gracias a ti he perdido mi apetito.
migratie [v], trek, trektocht {zn.}
migración [v] (la ~)
haal, teug, trek {zn.}
tracción [v] (la ~)
tic, trek, zenuwtrek {zn.}
tic
gelaatstrek [m], trek, karaktertrek {zn.}
rasgo [m] (el ~)
trekken, een streep trekken {ww.}
rayar
trazar una línea

ik trek

yo rayo
» meer vervoegingen van rayar

hinken, kreupel lopen, mank lopen, slecht functioneren, trekken {ww.}
cojear

ik trek

yo cojeo
» meer vervoegingen van cojear

ontlokken, tappen, trekken, te voorschijn trekken, uithalen {ww.}
arrancar

ik trek

yo arranco
» meer vervoegingen van arrancar

tekenen, aftekenen, trekken, uittekenen {ww.}
dibujar

ik trek

yo dibujo
» meer vervoegingen van dibujar

aanlokken, bekoren, toelachen, trekken, aantrekken, verlekkeren {ww.}
atraer
seducir
cautivar

ik trek

yo atraigo
» meer vervoegingen van atraer

aftrekken, laten trekken, zetten, trekken {ww.}
infundir
hacer una infusion

ik trek

yo infundo
» meer vervoegingen van infundir

boegseren, slepen, trekken, voorttrekken {ww.}
remolcar
arrastrar
atoar

ik trek

yo remolco
» meer vervoegingen van remolcar

trekken {ww.}
tirar

ik trek

yo tiro
» meer vervoegingen van tirar

slepen, trekken {ww.}
remolcar
halar

ik trek

yo remolco
» meer vervoegingen van remolcar

trekken, uit de schede trekken {ww.}
desenvainar

ik trek

yo desenvaino
» meer vervoegingen van desenvainar

aanhalen, trekken, aantrekken {ww.}
atraer

ik trek

yo atraigo
» meer vervoegingen van atraer

rondreizen, trekken, rondtrekken, zwerven {ww.}
correr mundo
mudarse de país

ik trek


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Trek je pyjama aan.

Ponte pijama.

Trek de stekker van de televisie eruit en doe het licht uit.

Desenchufa la televisión y apaga la luz.