Vertaling van uitrekken
Inhoud:
Nederlands
Spaans
nauwer aanhalen, opwinden, spannen, strekken, uitrekken {ww.}
amartillar
tensar
dar cuerda
atirantar
tensar
dar cuerda
atirantar
ik zal uitrekken
jij zult uitrekken
hij/zij/het zal uitrekken
yo amartillaré
tú amartillarás
él/ella amartillará
» meer vervoegingen van amartillar
doortrekken, rekken, uitleggen, uitrekken, uittrekken, verlengen {ww.}
alargar
ik zal uitrekken
jij zult uitrekken
hij/zij/het zal uitrekken
yo alargaré
tú alargarás
él/ella alargará
» meer vervoegingen van alargar