Vertaling van uitspruiten
Inhoud:
Nederlands
Spaans
botten, spruiten, uitbotten, uitschieten, uitspruiten {ww.}
abotonar
ik zal uitspruiten
jij zult uitspruiten
hij/zij/het zal uitspruiten
yo abotonaré
tú abotonarás
él/ella abotonará
» meer vervoegingen van abotonar