Vertaling van verhaspelen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
beunhazen, knoeien, modderen, verhaspelen, verknoeien, verprutsen {ww.}
chafallar
chapucear
chapucear
wij verhaspelen
jullie verhaspelen
zij verhaspelen
nosotros chafallamos
vosotros chafalláis
ellos/ellas chafallan
» meer vervoegingen van chafallar