Vertaling van verschil
Inhoud:
Nederlands
Spaans
onderscheid , verschil {zn.}
diferencia
Ik zie geen verschil.
No veo ninguna diferencia.
Wat is het verschil tussen deze twee?
¿Cuál es la diferencia entre ambos?
afwijking , verschil {zn.}
error
desviación
desviación
schelen, uiteenlopen, verschillen {ww.}
ser diferente
diferir
diferir
ik verschil
yo difiero
» meer vervoegingen van diferir
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Ik zie geen verschil.
No veo ninguna diferencia.
Wat is het verschil tussen deze twee?
¿Cuál es la diferencia entre ambos?
Wat is het verschil tussen een dorp en een stad?
¿Cuál es la diferencia entre un pueblo y una ciudad?
Ken jij het verschil tussen een microscoop en een telescoop?
¿Conoces la diferencia entre un microscopio y un telescopio?
Ik kan het verschil tussen die twee niet uitleggen.
No puedo explicar la diferencia entre esos dos.
Er is een duidelijk verschil tussen deze twee.
Hay una clara diferencia entre esos dos.
Tom weet het verschil tussen astronomie en astrologie niet.
Tom no sabe la diferencia entre astronomía y astrología.