Vertaling van verslaan
Inhoud:
Nederlands
Spaans
bevangen, overwinnen, verslaan, zegevieren {ww.}
vencer
wij verslaan
jullie verslaan
zij verslaan
nosotros vencemos
vosotros vencéis
ellos/ellas vencen
» meer vervoegingen van vencer
aanbrengen, melden, overbrengen, verslaan, verslag uitbrengen {ww.}
referir
dictaminar
informar
dictaminar
informar
wij verslaan
jullie verslaan
zij verslaan
nosotros referimos
vosotros referís
ellos/ellas refieren
» meer vervoegingen van referir
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Laten we Japan verslaan!
¡Venzamos a Japón!
Ik denk niet dat je mij kunt verslaan.
No creo que puedas vencerme.
Ik denk dat het onmogelijk is dat wij hem verslaan.
Yo pienso que es imposible que le ganemos.