Vertaling van vlakbij

Inhoud:

Nederlands
Spaans
dichtbij, nabij, vlakbij {bw.}
cerca


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Ze woont vlakbij.

Vive aquí cerca.

Gelukkig was er een Armaniwinkel vlakbij het steegje waar Dima had geslapen.

Afortunadamente, había una tienda Armani a la salida del callejón en el que Dima había dormido.


Gerelateerd aan vlakbij

dichtbij - nabij