Vertaling van voeren
traferir
transportar
wij voeren
jullie voeren
zij voeren
nosotros transferimos
vosotros transferís
ellos/ellas transfieren
» meer vervoegingen van transferir
wij voeren
jullie voeren
zij voeren
nosotros conducimos
vosotros conducís
ellos/ellas conducen
» meer vervoegingen van conducir
wij voeren
jullie voeren
zij voeren
nosotros llevamos
vosotros lleváis
ellos/ellas llevan
» meer vervoegingen van llevar
ir en vehículo
wij voeren
jullie voeren
zij voeren
nosotros fuimos
vosotros fuisteis
ellos/ellas fueron
» meer vervoegingen van ir
wij voeren
jullie voeren
zij voeren
nosotros navegamos
vosotros navegasteis
ellos/ellas navegaron
» meer vervoegingen van navegar
wij voeren
jullie voeren
zij voeren
nosotros navegamos
vosotros navegasteis
ellos/ellas navegaron
» meer vervoegingen van navegar
Voorbeelden in zinsverband
Laat mij het woord voeren.
Déjame hablar a mí.
Wij voeren koffie in uit Brazilië.
Importamos café de Brasil.
Het is een goed idee, maar moeilijk om uit te voeren.
Ese es un buen plan, pero llevarlo a cabo es difícil.
Ze was niet rijk genoeg om haar hond elke dag vlees te voeren.
Ella no era tan adinerada como para darle de comer carne a su perro todos los días.
Hij was zo vriendelijk ons met zijn boot naar het eiland te voeren.
Él fue muy amable en llevarnos a la isla en su bote.