Vertaling van vooruitspringen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
uitspringen, uitstaan, uitsteken, vooruitspringen, vooruitsteken {ww.}
sobresalir
ik zal vooruitspringen
jij zult vooruitspringen
hij/zij/het zal vooruitspringen
yo sobresaldré
tú sobresaldrás
él/ella sobresaldrá
» meer vervoegingen van sobresalir