Vertaling van weg
Inhoud:
Nederlands
Spaans
heen, over, vandoor, verwijderd, voort, weg {bw.}
lejos
fuera
fuera
remedie , medium, middel , weg {zn.}
medio
recurso
recurso
Hij raakte zijn weg kwijt in de sneeuw.
Él se perdió en medio de la nieve.
Het doeltreffendste middel voor de verspreiding van het Esperanto is het vlotte en elegante gebruik van die taal.
El medio más efectivo para la difusión del esperanto es el uso fluido y elegante de este idioma.
baan , route , weg {zn.}
camino
vía
vía
De weg is lang.
El camino es largo.
De weg is lang.
El camino es largo.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Ben je al weg?
¿Ya se van?
De weg is lang.
El camino es largo.
De bestanden zijn weg.
Los archivos están perdidos.
Hij is al weg.
Ya se marchó.
Scheer je weg!
¡Vete ya!
Hij keek weg.
Él miró hacia otro lado.
De jongen liep weg.
El muchacho escapó.
De hond ging weg.
El perro huyó.
De weg is lang.
El camino es largo.
Gooi dit tijdschrift niet weg.
No tire esta revista.
Je staat in de weg.
Estás en mi camino.
Zuid-Afrika is ver weg.
Sudáfrica está lejos.
Ver (weg)
Lejos
Kan je me de weg wijzen?
¿Puedes explicarme el camino?
Ge zijt op de verkeerde weg.
Vas en la dirección equivocada.