Vertaling van wit

Inhoud:

Nederlands
Spaans
blank, wit {bn.}
blanco
doel [o], doelstelling [v], doelwit [o], honk, wit {zn.}
blanco [m] (el ~)
objetivo [m] (el ~)
fin [m] (el ~)
finalidad [v] (la ~)
Het papier is wit.
El papel es blanco.
De hond is wit.
El perro es blanco.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Het papier is wit.

El papel es blanco.

De hond is wit.

El perro es blanco.

Mijn hond is wit.

Mi perro es blanco.

Papa schilderde de muren wit.

Papá pintó las paredes de blanco.

Ze verfde de muren wit.

Ella pintó las paredes de blanco.

Ze droeg een wit kleed.

Llevaba puesto un vestido blanco.

De verpleegster is in het wit gekleed.

La enfermera va vestida de blanco.

Haar huid is zo wit als sneeuw.

Su piel es tan blanca como la nieve.

Een verpleegster kleedt zich in het wit.

Una enfermera se viste de blanco.

Het papier is heel wit, maar de sneeuw is witter.

El papel es muy blanco, pero la nieve es más blanca.

De Franse vlag is blauw, wit en rood.

La bandera de Francia es azul, blanca y roja.

De ene is rood en de andere is wit.

Uno es rojo y el otro es blanco.

In Wit-Rusland wonen aanhangers van verschillende religies.

Seguidores de diferentes religiones viven en Bielorrusia.

De kleuren van de Amerikaanse vlag zijn rood, wit en blauw.

Los colores de la bandera estadounidense son rojo, blanco y azul.

De Wit-Russische president Aleksandr Loekasjenko heeft Aleksej Doedarev gefeliciteerd met zijn jubileum.

El presidente bielorruso Alexander Lukashenko felicitó a Alexei Dudarev en su cumpleaños.


Gerelateerd aan wit

blank - doel - doelstelling - doelwit - honk