Vertaling van zaak

Inhoud:

Nederlands
Spaans
zaak {zn.}
tienda [v] (la ~)
koopmanschap [o], nering [v], handel, negotie, transactie, zaak {zn.}
negocio [m] (el ~)
comercio [m] (el ~)
rechtszaak, geding, gerechtszaak, proces, rechtsgeding, zaak {zn.}
proceso [m] (el ~)
aangelegenheid [v], affaire [v], ding [o], zaak {zn.}
cosa [v] (la ~)
asunto [m] (el ~)
negocio [m] (el ~)
Je moet me alleen één ding beloven.
Solo tienes que prometerme una cosa.
Er is slechts één ding dat we kunnen doen nu!
¡Ahora sólo hay una cosa que podamos hacer!
winkel, zaak, boetiek {zn.}
tienda [v] (la ~)
Hij ging naar de winkel.
Fue a la tienda.
Hij was in de winkel.
Él estaba en la tienda.
geval, zaak {zn.}
caso [m] (el ~)
Zaak opgelost!
¡Caso resuelto!
De zaak wordt gesloten.
El caso está cerrado.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Zaak opgelost!

¡Caso resuelto!

De zaak wordt gesloten.

El caso está cerrado.

Onschuld is een schone zaak.

La inocencia es una cosa hermosa.

Geduld is een schone zaak.

La paciencia es una virtud.

Dat zal niets aan de zaak veranderen.

Eso no va a cambiar nada.

Ik heb niets met de zaak te maken.

No tengo nada que ver con el asunto.

Ik heb niets met die zaak te maken.

No tengo nada que ver con este asunto.

Indien mogelijk zou ik graag nieuwe informatie over deze zaak ontvangen.

Si es posible, me gustaría recibir nueva información acerca de este caso.

Ik denk dat de zaak er wat anders voor staat wanneer je hierover nadenkt op de lange termijn.

Supongo que es diferente cuando lo consideras a largo plazo.