Vertaling van zien
Inhoud:
Nederlands
Spaans
zien {ww.}
ver
wij zien
jullie zien
zij zien
nosotros vemos
vosotros veis
ellos/ellas ven
» meer vervoegingen van ver
Laat zien.
A ver.
Eerst zien, dan geloven.
Ver es creer.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Laat zien.
A ver.
Henry wilt je zien.
Un tal Henri quiere verle.
We zullen zien.
Veremos.
Eerst zien, dan geloven.
Ver es creer.
Kan je het zien?
¿Puedes verlo?
O! Laat eens zien.
¡Oh! Mostrámelo, por favor.
Ik kan niets zien.
¡No puedo ver!
Ik zal hem morgen zien.
Le voy a ver mañana.
Ik wil de film zien.
Quiero ver la película.
Ik moet wel dingen zien.
Debo estar viendo cosas.
Ik heb hem zien rennen.
Lo vi correr.
Hebt ge hem zien buitengaan?
¿Le viste salir?
Ik wil de film zien.
Quiero ver la película.
Ik kon niet alles zien.
No podía verlo todo.
Ik kon niet alles zien.
No podía ver nada.