Vertaling van zot

Inhoud:

Nederlands
Spaans
clown [m], hansworst, harlekijn, zot {zn.}
arlequín [m] (el ~)
belachelijk, gek, lachwekkend, mal, ridicuul, zot {bn.}
ridículo
extravagante
belachelijk, grotesk, ridicuul, onmogelijk, absurd, dwaas, ongerijmd, onzinnig, zinneloos, zot {bn.}
absurdo
absurd, ongerijmd, schizofreen, dwaas, onzinnig, zinneloos, zot {bn.}
absurdo
dol, dom, dwaas, onverstandig, zot {bn.}
necio
sandio
estulto