Vertaling van aanpassen

Inhoud:

Nederlands
Frans
aanpassen, accommoderen {ww.}
ajuster 
accommoder 
adapter 

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

j'ajusterai
tu ajusteras
il/elle ajustera
» meer vervoegingen van ajuster

accommoderen, adapteren, aanpassen, conformeren, aanbrengen {ww.}
ajuster 
adapter 

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

j'ajusterai
tu ajusteras
il/elle ajustera
» meer vervoegingen van ajuster

accommoderen, schikken, aanpassen, richten, assimileren, plooien, voegen, zich aanpassen, zich schikken {ww.}
s'adapter 
s'ajuster 
Hij kon zich niet aan nieuwe omstandigheden aanpassen.
Il n'a pas pu s'adapter à de nouvelles circonstances.
beproeven, passen, aanpassen, proberen, toetsen, uitproberen {ww.}
essayer 

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

j'essayerai; essaierai
tu essayeras; essaieras
il/elle essayera; essaiera
» meer vervoegingen van essayer

Mag ik deze jurk passen?
Puis-je essayer cette robe ?
Deze keer zal ik het proberen.
Cette fois, je vais essayer ça.