Vertaling van absoluut

Inhoud:

Nederlands
Frans
absoluut, beslist, ten enenmale, volstrekt {bw.}
absolument 
regelrecht, absoluut, onvermengd, onvoorwaardelijk, volstrekt, zuiver, puur {bn.}
absolu 
pur 
parfait 
complet 
véritable 
verregaand, vergaand, absoluut, onvermengd, onvoorwaardelijk, volstrekt, zuiver, puur {bn.}
absolu 
pur 
parfait 
complet 
véritable 
drievoudig, driedubbel, drievuldig, driewerf, triple, absoluut, onvermengd, onvoorwaardelijk, volstrekt, zuiver, puur {bn.}
absolu 
pur 
parfait 
complet 
véritable 
rasecht, volbloed, pur sang, absoluut, onvermengd, onvoorwaardelijk, volstrekt, zuiver, puur {bn.}
absolu 
pur 
parfait 
complet 
véritable 


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Ze heeft absoluut geen vijanden.

Elle n'a absolument aucun ennemi.

Wat hij zegt is absoluut correct.

Ce qu'il dit est absolument exact.